america-thirst.reismee.nl

Boven en onder de markt

Het ontbijt is onbehoorlijk matig: slappe koffie, smakeloze jus, zoete yoghurt, door warmhoudlampen hard geworden croissants en het ontbreken van vleeswaren en kaas. Dat in de notendop, is het gratis ontbijt.

Na de domper, gaan we direct weer in de plusmodus. We gaan naar MOMA SF, ofwel het Museum of Modern Art. Fijn met onze vaste bus (47) over de Van Ness naar Market, waar we op zo’n fijne PCC-tram uit de jaren 40 stappen, langs Powell en dan uitstappen voor MOMA.

Na weken van kunstwerken die door spelingen in de natuur zijn gemaakt, willen we nu eens kunst zien die door de mens is veroorzaakt.

Maar eerst koffie, echte koffie gemaakt van verse espresso die dan ook na bestellen lang op zich laat wachten. Hoort ook zo. Tegenover de koffiebar, zit de entree van MOMA en daar worden we vergast op de aanwezigheidsmeldingsposter van de tentoonstelling van Edvard Munch. Nu heb ik zo’n beetje al zijn werk in Oslo en in Amsterdam (op doorreis) al gezien, maar van zoveel deprimerend olie-op-canvaswerk kun je nooit genoeg krijgen.

Voordat we naar binnen gingen, hadden we al afgesproken dat we niet nogmaals 50 dollar per persoon betalen voor een museum. Het worden er 33. Maar dan krijg je ook veel goeds. Zalen vol Munchs, Warhols, Soll Lewitts, Alexander Calders, Roy Lichtensteins en ga zo maar door.

Maar wat ontbreekt, is de Schreeuw van Munch. Er zijn er drie, maar hier in Amerika hebben ze er blijkbaar niet eentje kunnen bemachtigen. Pure pech. Ik heb er zelf al twee van de drie gezien, dus ik vind het niet heel erg. Maar voor al die honderden die rondlopen op zoek naar, vind ik het toch wel wat sneu.

Nadien gaan we nog even naar het Railway Museum – je blijft ook tijdens de vakantie met je werk bezig of je doet het niet. De tegenvaller is gelegen in het feit dat er maar een zaal is, maar wat er hangt en uitgelegd wordt, is prima. Voor Mariella wel zo prettig, want die dreigde al met ‘een museum per dag!’

Als we daarna kort hebben geluncht, gaan we terug naar het hotel om ons voor te bereiden op het avondgebeuren. Dat betekent een korte retraite met een krachtslaapje van krap een half uur.

Snel stappen we weer in de 47 om deze nu te nemen naar het eindpunt, en dat is gelegen onder de Market.

Market kun je zien als een duidelijke scheiding in de stad. In het MOMA had ik al een fotoboek zien liggen ‘South of Market’ en dit doorgebladerd en gezien dat het eronder een woestenij is. Pure armoe wordt alleen nog maar afgewisseld met kansarmheid. Het is een plek die met de bus nog wel te bezoeken is, maar waar je niet vrolijk van wordt. Te voet wil je hier echt niet doorheen.

We zien tenten langs de weg, we zien samenscholingen van zwervers om een schamel bezit, we zien rijen voor een nu nog dicht pand staan; duidelijk een opvangplek. Tussen al deze treurigheid, rijdt het verkeer gewoon door, staan hier en daar winkels en eindigen we op een brede avenue die er weer gelikt uitziet. Dit is de weg naar het AT&T-stadion.

Hebbers en niet-hebbers, kansrijken en kansarmen die afglijden naar niet-hebben. Dat is een beetje wat je ziet in zo’n grote stad. De hele dag zijn we geconfronteerd met daklozen, mensen die duidelijk de weg kwijt zijn en andere hulpbehoevenden. En je ziet heel duidelijk die scheiding, die het gebrek aan solidariteit met zich meebrengt. Niet dat de stad afglijdt, want het beeld dat ik van Amerikaanse steden had, is alleen maar bevestigd. En dat is van alle tijden. In de jaren 70 en 80 was het niet anders. Maar om een of andere reden stemt de aanblik van zoveel reddeloosheid tot treurnis.

En als je dan 33 dollar betaalt om wat kunst te zien... Nou ja, we doen het.

Het geeft een beeld van een maatschappij die volstrekt individueel is en het geeft een beeld van de Amerikaan als een raar individu. Dat beeld hadden we al, want als je ze op een camping ziet, is het eerste wat ze doen vuur maken en dan pas zetten ze hun tent op. Of als ze dat niet doen, slapen ze gewoon in hun vierdeursauto. Het is natuurlijk ook het volk dat gelooft in jacht, in wapens en in zelfverdediging. En het is het volk dat zelfs voor het naar de plee gaan op een camping de auto pakt. De auto is heilig en dient elk doel; als je maar kan rijden.

Geen Bush, Obama of Trump die daar wat aan kan veranderen.

En daarom bestaat er dus een land waar zoveel verschil is tussen arm en rijk. Tussen espresso van vijf dollar en het verzamelen van lege blikjes die je in een vuilniszak achter je aansleept.

In het AT&T-stadion spelen vanavond de San Francisco Giants tegen de Arizona Diamondbacks. Dat is honkbal en samen met 37.000 andere bezoekers kijken wij na 1 inning al tegen een achterstand aan van 0-2. Wij dat zijn wij en zij komen uit Phoenix.

In de 17 innings die erna nog worden gespeeld, wordt geen enkele keer gescoord en het blijft dus 0-2. Ook na twee-en-half uur gooien, rennen en tegen ballen slaan.

Na afloop gaan wij allen weer ons weegs en dat betekent voor ons de 47 oppikken bij het Caltrain station. Het is inmiddels avond en dan weten we al dat de bijzondere figuren de bus in- en uitlopen, veelal zonder de moeite te nemen om tot betaling over te gaan. Geen buschauffeur die daar om maalt, die rijdt gewoon van halte naar halte en doet verder niet moeilijk.

Na een paar haltes stappen er drie jongelingen met een skateboard en een pitbull in met duidelijke interesse in het roken van weed. Die lucht namelijk hangt dusdanig pregnant om hen heen, dat we in de bus hier plakjes van kunnen snijden. Gedrieen nemen ze plaats op een driezits en ze zijn de vijf haltes dat ze meerijden continu bezig met van alles en nog wat, onder andere het corrigeren en onderhouden van de hond. Wanneer ze uitstappen, nemen ze hun troebele blik, drie planken, hond en muziek van de Pet Shop Boys mee en ik denk dat het niet lang meer duurt tot ze definitief onder de markt verdwijnen.

Of moet ik zeggen onder de Market?

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!